Ga naar hoofdinhoud
 

Een gedetacheerde werknemer heeft geen arbeidsovereenkomst met de onderneming waarvoor hij feitelijk werkzaam is. Maar wanneer er sprake is van een arbeidsverhouding, kunnen de beschermende bepalingen van de “Wet overgang van onderneming” toch van toepassing zijn.

Overgang van onderneming en de gedetacheerde werknemer

Personeelsvennootschappen en werkmaatschappijen

Met name bij grotere concerns is het al jaren niet ongebruikelijk om alle werknemers in dienst te laten treden bij een zogenaamde personeelsvennootschap. Verder verricht deze vennootschap dan veelal geen activiteiten.
Deze werknemers binnen het concern zijn feitelijk werkzaam voor één van de werkmaatschappijen binnen het concern, op detacheringsbasis.

Overgang van onderneming

In het geval van een overgang van onderneming zijn de rechten van de werknemer beschermd.
Bij een overgang van onderneming gaan de rechten en plichten die voortvloeien uit een arbeidsovereenkomst tussen een werkgever (vervreemder) en een daar werkzame werknemer, van rechtswege over op de verkrijger van de onderneming.

De Europese Richtlijn, waarop de bepalingen uit het Nederlands Burgerlijk Wetboek (artikel 7:662-7:666 BW) (Wet overgang van onderneming) zijn gebaseerd, beoogt bij een overgang van onderneming bescherming te bieden aan arbeidskrachten met een arbeidsovereenkomst of arbeidsverhouding met de overgedragen onderneming.
De bepalingen in de Nederlandse wet lijken een meer beperkte reikwijdte te hebben. Op basis van de Nederlandse wettekst (artikel 7:663 BW) lijken bij een overgang van onderneming slechts arbeidskrachten die een arbeidsovereenkomst met de overgedragen onderneming hebben, aanspraak te kunnen maken op rechtsbescherming.
Dit zou een onjuiste implementatie van de Richtlijn inhouden, aangezien een beperking van de werkingssfeer van de Richtlijn door de nationale wetgever niet is toegestaan.
Hoge Raad 5 april 2013

Op 5 april 2013 oordeelt de Hoge Raad (LJN BZ1780) als volgt.

Uit de wetsgeschiedenis van de Nederlandse Wet overgang van onderneming blijkt dat de wetgever heeft getracht de Richtlijn juist te implementeren. Met het niet opnemen van de term arbeidsverhouding naast de term arbeidsovereenkomst heeft de Nederlandse wetgever niet de intentie gehad om de reikwijdte van de Richtlijn te beperken.

Het feit dat een werknemer geen arbeidsovereenkomst heeft met de onderneming waarvoor hij feitelijk werkzaam was, sluit de toepasselijkheid van de beschermende bepalingen van de Nederlandse Wet overgang van onderneming niet uit.

Dit betekent dat een gedetacheerde werknemer bij een overgang van de onderneming waar hij zijn werkzaamheden feitelijk verricht, onder de beschermende bepalingen van de Wet overgang van ondernemingen kan vallen.

bron: rechtspraak.nl

Back To Top